sensor TESLA MODEL S 2017 Handleiding (in Dutch)
[x] Cancel search | Manufacturer: TESLA, Model Year: 2017, Model line: MODEL S, Model: TESLA MODEL S 2017Pages: 202, PDF Size: 5.45 MB
Page 86 of 202

In situaties waarin Autopark niet werkt
vanwege onvoldoende sensorgegevens, wordt
op het instrumentenpaneel een waarschuwing weergegeven die aangeeft dat u de Model S
zelf moet parkeren.
Opmerking: Als u het rempedaal intrapt
wanneer Autopark de Model S actief parkeert,
zal de parkeerprocedure worden onderbroken
totdat u op de knop Resume op het touchscreen drukt.
Opmerking: Autopark detecteert mogelijke
haakse parkeerplekken die ten minste 2,9 meter breed zijn met een geparkeerd voertuig
aan weerszijden. Autopark detecteert
parkeerplekken voor
fileparkeren die ten
minste zes meter lang zijn maar korter dan 15
meter. Autopark werkt niet met schuine
parkeerplekken.
Attentie: U mag er niet op vertrouwen dat
Autopark een parkeerplek vindt die legaal, geschikt en veilig is. Autoparkdetecteert mogelijk niet altijd objecten
die op de parkeerplek staan. Kijk altijd
goed of een parkeerplaats geschikt en veilig is.Attentie: Wanneer Autopark de Model S
actief bestuurt, draait het stuur
overeenkomstig de aanwijzingen van
Autopark. Hinder de bewegingen van het
stuur niet. Als u dat doet, wordt Autopark
geannuleerd.Attentie: Gedurende de parkeerprocedure
moet u voortdurend uw omgeving in de gaten houden. Wees paraat om te
remmen om auto
Page 88 of 202

Gebruik van Summon
Opmerking: Summon is een BETA-functie. Summon is uitsluitend bedoeld voor gebruik op eigen
terrein, waar de omgeving vertrouwd en voorspelbaar is. Wanneer u Summon gebruikt, moet u
voortdurend op de auto letten. De bestuurder is verantwoordelijk voor een veilig en verantwoord gebruik van deze functie, in overeenstemming met het beoogde gebruiksdoel.
Met Summon kunt u de Model S laten in- en uitparkeren van buiten het voertuig met behulp van
de mobiele app. Summon maakt gebruik van de informatie van de ultrasone sensoren om de Model S vooruit of achteruit in een parkeerplek te manoeuvreren. Wanneer het parkeren isvoltooid, schakelt Summon de Model S in de stand P (Parkeren). Het parkeren is voltooid wanneer:
Page 91 of 202

Als de Model S is uitgerust met componenten
voor bestuurdersassistentie (zie Over
bestuurdersassistentie op pagina 70),
controleert de naar voren gerichte camera de
markeringen van de rijstrook waarin u zich
bevindt. De ultrasone sensoren controleren
omliggende gebieden en de dode hoek op de
aanwezigheid van een voertuig of andere
objecten.
Wanneer een object, bijvoorbeeld een voertuig, in de dode hoek wordt gedetecteerd
of op korte afstand opzij van de Model S
(zoals een voertuig, vangrail etc.), verschijnen
er gekleurde lijnen die vanuit de afbeelding van de Model S naar buiten bewegen op het
instrumentenpaneel. De locatie van de lijnen komt overeen met de locatie van het
gedetecteerde object. De kleur van de lijnen
(wit, geel, oranje of rood) geeft de nabijheid van het object tot de Model S aan, waarbij withet verst weg is en rood zeer dichtbij is enonmiddellijke actie vereist. Deze gekleurdelijnen worden alleen getoond wanneer er
tussen ca. 16 km/h en 140 km/h wordt
gereden. Wanneer Autosteer actief is, worden deze gekleurde lijnen ook getoond bij lage
snelheden, zelfs wanneer de Model S wordt
gestopt (bij voorbeeld bij een kruising of in
druk verkeer).De Rijstrookassistent waarschuwt ook tegen
ongewenst verlaten van de rijstrook door een
lichte trilling van het stuur wanneer een
voorwiel over een rijstrookmarkering gaat en de bijbehorende richtingaanwijzer uit is. Deze
waarschuwing is alleen actief wanneer harder dan ongeveer 70 km/h wordt gereden. Tik op
Controls > Settings > Driver Assistance > Lane
Departure Warning om deze waarschuwing in
of uit te schakelen. De gekozen instelling wordt bewaard tot u deze handmatig wijzigt.
Deze wordt ook in uw
bestuurdersprofielopgeslagen.
Naast de hierboven beschreven
waarschuwingen kan de Rijstrookassistent
ingrijpen op de besturing als de Model S de wegbelijning van een naastgelegen rijstrookoverschrijdt (of nadert) waarin een object,
bijvoorbeeld een auto, is gedetecteerd. In
dergelijke situaties stuurt de Model S automatisch naar een veiligere positie op zijn
rijstrook. Deze stuurbeweging wordt alleen
uitgevoerd wanneer de Model S tussen 70 km/h en 140 km/h rijdt op hoofdwegen metduidelijk zichtbare wegmarkeringen. Wanneer
de Rijstrookassistent ingrijpt in de besturing,
laat het instrumentenpaneel kort een
waarschuwingsbericht zin.
Attentie: Het ingrijpen op de besturing is
minimaal en niet bedoeld om de Model S uit zijn rijstrook te sturen. Vertrouw er
niet op dat het ingrijpen op de besturing
een zijdelingse botsing kan voorkomen.Attentie: Functies van de
Rijstrookassistent zijn bedoeld als
hulpmiddel en niet ter vervanging van uw eigen waarnemingen. Vertrouw nooit
alleen op de Rijstrookassistent om u te
informeren dat u per ongeluk uw rijstrook
verlaat of dat zich een object of auto in
uw dode hoek bevindt, of dicht bij de zijkant van uw auto. Meerdere externe
factoren kunnen de werking van de
Rijstrookassistent hinderen. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder
om alert te blijven, op de rijstrook te letten en zich altijd bewust te zijn van
andere weggebruikers. Als u dit niet doet, kan dit tot ernstig of zelfs dodelijk letselleiden.Attentie: De Rijstrookassistent is
ontworpen om de wegmarkeringen te
detecteren en detecteert mogelijk niet de
rand van de weg, met name wanneer
langs de weg geen stoeprand loopt. Het is de verantwoordelijkheid van de
bestuurder alert te rijden en binnen de
grenzen van de rijstrook te blijven.
Rijstrookassistent
90Model S Owner
Page 95 of 202

verantwoordelijkheid van de bestuurder
om onmiddellijk corrigerend in te grijpen.Attentie: Het kan gebeuren dat Forward
Collision Warning een waarschuwing
geeft in situaties waarbij er geen kans is
op een aanrijding. Blijf alert en let altijd
op de weg voor de Model S, zodat u kunt
inschatten of u moet ingrijpen of niet.Attentie: Forward Collision Warning werkt
niet als de Model S langzamer rijdt dan
7 km/h.Attentie: Forward Collision Warning geeft
geen waarschuwing als de bestuurder het
rempedaal al intrapt.
Automatisch remmen bij noodstop
De naar voren gerichte camera en de
radarsensor zijn in staat de afstand te bepalen
tot een object (voertuig,
motorfiets, fiets of
voetganger) dat zich v
Page 158 of 202

Opmerking: Wanneer u kiest voor 21" velgen
kan het TPMS onterecht waarschuwingen in
verband met de bandenspanning genereren.
Breng de Model S naar een Tesla Service
Center voor verdere afstelling.
Opmerking: Stel de TPMS-sensoren niet
opnieuw in om de waarschuwingen over de
bandenspanning proberen te wissen.
De TPMS-sensoren opnieuw instellen: 1. Breng alle banden op hun aanbevolen spanning, zoals vermeld op de sticker met
de relevante informatie op de middenstijl
aan de zijde van de bestuurder.
2. Rijd tien minuten en tik dan op het touchscreen van de Model S op Controls >
Settings > Service & Reset > Tire Pressure
Monitor > Reset Sensors.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.Let op!: Het kiezen van de verkeerde
wielmaat kan leiden tot onterechte
waarschuwingen over de
bandenspanning op het
instrumentenpaneel. Als er een
waarschuwing over de bandenspanning verschijnt, stap dan
uit, sluit de klep van de bagageruimte achter en alle portieren, wacht tot het
touchscreen uit gaat, stap weer in en
selecteer de juiste wielmaat voordat u
op Reset tikt.
Een bandenspanningsensor vervangen
Neem contact op met een Tesla Service Center als het TPMS-controlelampjeregelmatig brandt om te laten controleren of
er een bandenspanningsensor vervangen
moet worden. Laat een
bandenspanningsensor uitsluitend door een Tesla-technicus vervangen; hij of zij kan een
korte set-upprocedure uitvoeren. Als een
ander bedrijf de band vervangt of repareert,
zal de bandenspanningsensor niet werken tot de set-upprocedure door Tesla is uitgevoerd.
TPMS-storing
De Model S is tevens voorzien van een
storingsindicator voor het TPMS-systeem dat
een melding weergeeft wanneer het systeem
niet naar behoren functioneert.
Het TPMS-controlelampje heeft
daarvoor een extra functie, naast het
melden van de bandenspanning. Als
er een storing in het systeem wordt
geconstateerd, knippert het TPMS-
controlelampje gedurende
Page 196 of 202

Aaanhaalmoment, technische gegevens 178
aanhanger trekken 175
aanjagersnelheid, interieur 112
aantal zitplaatsen 174
ABS (antiblokkeersysteem) 58
Acceleratie (Dual Motor) 103accessoiresaansluiting op stopcontact 122
monteren 172achterklepopenen 10
opening afstellen 10
achterstoelen neerklappen en opklappen 18
Achteruit 44
achteruitrijcamera 69
actieradiusrijtips om actieradius te vergroten 67
weergegeven op instrumentenpaneel 46
actieradiusgarantie 68
adaptieve koplampen 55
afdekplaat, verwijderen 168
afmetingen 176
afmetingen overhang 176
airbag, passagier voorin, uitschakelen 34
airbags 32
airconditioning 111
alarm 133
alarmknipperlichten 55
always connected, instellen 67
anti-takelbeveiliging 133
antiblokkeersysteem (ABS) 58
apparatenaansluiting 122
audiobestanden afspelen van 121
Bluetooth, audiobestanden afspelen 121audiobestanden afspelen 118
toetsen op het stuur 38
volumeregeling 118
Auto Lane Change 81
automatisch remmen bij noodstop 93
automatisch vering verhogen 116
Autopark 84
Autopilot 70
Autosteer 78
B bagageruimte voor 12
bagageruimte, achterkinderslot 7
portiergrepen binnenzijde uitschakelen 7
bagageruimte, voor 12
bandenbalanceren 153
bandenspanningsensor vervangen 157banden (continued)bandenvulmiddel 158
controle en onderhoud 153
kettingen 156
markeringen op banden 182
rotatie 153
spanning, controleren 152
specificatie 181
vervangen 154
vierseizoenen 155
winter 155
zomer 155
bandenreparatie 158
bandenreparatiesetjebusje met vulmiddel vervangen 161
oppompen met lucht 160
oppompen met vulmiddel 159
bandenspanning, controleren 152
batterij (12V)technische gegevens 180
volledig ontladen 141Batterij (hoogspanning)koelvloeistof 168
onderhoud van 141
technische gegevens 180
temperatuurbeperkingen 141
batterij (sleutel), vervangen 5
bekerhouders 16
belading 174
bereikregeneratief remmen 59bestuurderprofielen 36
stoel verstellen 17bestuurdersassistentieAuto Lane Change 81
automatisch remmen bij noodstop 93
Autopark 84
Autosteer 78
binnen wegmarkeringen blijven 90
collision avoidance assist 93
dode hoek detectie 90
forward collision warning 93
inhaalacceleratie 72
instellingen van 107
overzicht 70
side collision avoidance 90
Tra
Page 199 of 202

ontgrendelenbagageruimte, achter 10
bagageruimte, voor 12
Ontgrendelen bij parkeren 4
ontgrendelen wanneer de sleutel niet werkt 8
open dak 15
openbare laadstations 140
opkrikken 171
opladencomponenten en apparatuur 139
instructies 142
openbare laadstations 140
oplaadinstellingen 146
schema 146
status 148
oververhittingsbeveiligingsinstelling interieur
107
P Parkeerhulp 62
parkeerrem 59
Parkeerstand 44
parkeren, automatisch 84
passeerfunctie 55
persoonlijke gegevens, wissen 110
Pincode 36
portieren 4
portieren ontgrendelen en vergrendelen 4
portieren vergrendelen en ontgrendelen 4
portieren, openen 4
portierkrukken 6
R
radar 70
radio 118
Range Mode 67, 103
Recente locaties 126
Recente media (Media Player) 120
regeneratief remmen 59
regensensor 56
regioformaat 107
reinigen 162
release notes 137
remmenautomatisch in noodgevallen 93
overzicht van 58
technische gegevens 179
vloeistofniveau 169
remvloeistof vervangen 150
RFID-zenders 172
richtingaanwijzers 55
rijdenstand stoel 17
starten 43
tips om actieradius te vergroten 67rijstrookassistent 90ritgrafiek 67
ritteller 66
roteren van banden 153
routeoverzicht 128
ruitensproeiers, reinigen 167
ruitensproeiervloeistof, bijvullen 170
ruitenwisserbladen, vervangen 166
ruitenwissers en -sproeiers 56
ruitschakelaars achter, uitschakelen 9
S schadeherstel 172
schakelen 44
sensoren 70
servicedataregistratie 191
side collision avoidance 90
Sleepmodus 187
sleepoog, locatie 188
slepen 187
slepen, instructies 187sleutelbatterij vervangen 5
extra bestellen 5
FCC- en
IC-certificeringen 193
gebruik van 4
sleutel niet aanwezig 43
slip start 61
software opnieuw instellen 110
software-updates 137
spanbanden 188
Specifieke actieradius 107
spiegels 42
spraakbediening 38
sproeiers gebruiken 56
sproeiervloeistof, bijvullen 170
stabiliteitscontrole 61
starten 43
stickerInformatie banden en laadvermogen 174
Voorgeschreven plaat 174
Sticker banden en laadvermogen 174
stickers portieren 174
sticks, audiobestanden afspelen 121
stoelenafstellen 17
Ingebouwde naar achteren gerichte 28
verwarming 111
stoelhoezen 18
stoelverwarming 111
stofhoes 165
stopcontact 122
sturen, automatisch 78
stuurgevoeligheid instellen 38
scrollbalken 38
stand instellen 38
Index
198Model S Owner